Verschillende kranten melden vandaag dat Europees Parlementsvoorzitter Roberta Metsola eerder deze maand Europarlementslid Tom Vandendriessche van Vlaams Belang op het matje riep wegens herhaaldelijk gebruik van de term ‘omvolking’. Verdere acties blijven echter uit. Op Europees niveau zien we dus dat onaanvaardbare uitspraken enkel blijven bij een reprimande.
Dit is geen alleenstaand incident. We zien dergelijke uitspraken ook gebeuren in België, op nationaal en/of regionaal niveau. Zo werd na zijn ontslag voormalig Vooruit-schepen Tom Meeuws recent beschuldigd van racistische uitspraken te maken tegenover verschillende collega’s. In een interview met Humo begin november verwees Vlaams parlementslid Filip Dewinter onder andere naar geboortebeperkingen in Afrika.
LEVL betreurt het feit dat er steeds weer leden van politieke partijen, ondanks hun voorbeeldfunctie en het feit dat ze ten dienste zouden moeten staan van alle burgers, hiervan beschuldigd worden. Het is positief dat mandatarissen dit signaleren. Tegelijkertijd zou het nog sterker zijn als er voldoende ingebouwde mechanismen waren die dergelijke uitspraken een halt toeroepen en mensen de kans geeft om hun politieke mandaat naar behoren uit te oefenen, zonder binnen hun professionele setting geconfronteerd te worden met haatdragende of vernederende uitspraken.
Hoewel colleges, stadsbesturen en parlementen wel beschikken over deontologische codes voor hun mandatarissen, zien we dat het in de concrete teksten vaak niet meer betreft dan een lichte verwijzing naar non-discriminatie of respect voor diversiteit. Er is niet steeds een duidelijk uitgewerkte beschrijving die stelt dat haatspraak en discriminatie onder verboden gedragingen vallen.
Het is daarom cruciaal dat deontologische codes die van toepassing zijn op personen met een politiek mandaat, preventief de nodige tools en mechanismen bevatten die het voorkomen van discriminatie en haatspraak in hun professionele context of op de ‘politieke werkvloer’ veroordelen op basis van een eigen intern regelgevend kader. “Melders moeten de nodige tools hebben en zich gesteund voelen om actie te ondernemen. Niet alleen moeten de deontologische codes voor mandatarissen een luik bevatten waar haatspraak en discriminatie duidelijk onder verboden gedragingen staan, er dient best ook een combinatie te gebeuren met een klokkenluiderssysteem of een bescherming voor melders. Bij de toepassing van de deontologische code is een houding van nultolerantie nodig en bij vastgestelde inbreuken dienen er expliciet gevolgen te zijn.”, aldus LEVL-directeur Kathleen Van Den Daele. Dit moet niet enkel een realiteit zijn voor lokale besturen, maar binnen alle instellingen waar mensen hun politieke mandaat beoefenen. Denk maar aan commissies, parlementen en/of colleges.
Een persoon in hun professionele context op een beledigende en spottende manier aanspreken op hun herkomst en/of achtergrond is die persoon binnen hun professionele identiteit niet naar waarde schatten. Op persoonlijk vlak is dit vooral schadelijk voor de eigenwaarde: het leidt tot een negatief zelfbeeld en heeft een negatieve impact op het mentaal welzijn.